Toen Sony de PlayStation 5 lanceerde, kregen we ook ineens een kleine bescheiden revolutie qua controller. De DualSense was een openbaring. De vele nieuwe functies, waaronder de adaptive triggers en haptic feedback, zorgden voor nieuwe gameplay mogelijkheden en versterkte de belevenis bij diverse games.
Aangezien concurrent Microsoft zelf al enkele jaren succes boekt met hun Xbox Elite Controller, vond Sony het tijd dat ook zij met een pro controller op de proppen moesten komen. Zie hier de De DualSense Edge: een robuust en aanpasbaar stukje hardware die je game ervaring naar een nog hoger niveau moet zien te tillen. Uiteraard hebben wij een DualSense Edge tot onze beschikking gekregen en hebben deze getest om erachter te komen of het al zijn beloftes waar maakt.
Koffer en accessoires
De DualSense Edge wordt geleverd in een strak witte carrycase met een aantal accessoires en benodigdheden:
- Harde draagtas
- Zes duimstokdoppen inbegrepen
- Twee achterste hendels en halve koepelknoppen kunnen worden toegevoegd
- Gevlochten USB-C kabel van 3 meter
De DualSense Edge ziet er goed uit en voelt ook goed en robuust aan. Hij wordt geleverd met een harde draagtas die zo beschermend is als het maar kan, met daarin de controller zelf plus een aantal uitbreidingen en verwisselbare accessoires.
Er worden extra doppen voor op je thumbsticks mee geleverd, namelijk twee langere en twee kortere alternatieven. De langere bieden meer beweging voor degenen die dat prefereren, terwijl het kortere duo dezelfde lengte heeft als de conventionele doppen, maar met afgeronde in plaats van ingesprongen rubberen uiteinden.
De afgeronde doppen zijn een throwback naar de DualShock controllers. Ze roepen zeker prettige herinneringen op, maar hebben ook een meer praktisch nut, de vorm is namelijk een stuk steviger en er is minder kans op slijtage. De doppen kunnen gemakkelijk worden verwijderd en op de thumbsticks van de Edge-controller worden geklemd, met een aardige, bevredigende “klik” wanneer je dit goed doet.
Achterop de controller is het mogelijk om twee backpaddles te plaatsen. Je hebt twee verschillende stijlen paddles waaruit je kunt kiezen, en welke jij het fijnst vindt spelen. Deze kun je plaatsen in de speciale (magnetische) gaatjes op de achterkant van de controller. Via de instellingen-menu van de PlayStation 5 kun je zelf de rollen toegewezen van de knoppen. via de aanpassingshulpmiddelen op de PlayStation 5 zelf. Dit alles werkt vlekkeloos en intuïtief.
Een racegame werkt goed met de paddles, zoals F1 22, waarbij je bijvoorbeeld het op- en terugschakelen via de paddles kunt doen. Ook bij shooters is het ideaal en kun je bijvoorbeeld springen en reloaden onder de backpaddles zetten. Hierdoor hoef je je duimen niet meer van de thumbsticks af te halen.
Ook krijg je een drie meter lange, stevige, gevlochten USB-C-naar-USB-A-kabel om je controller zowel op te laden als bedraad te gebruiken. Dat laatste is helemaal geweldig, aangezien je dan nagenoeg geen inputlag meer hebt. Dit is voornamelijk erg handig in competitieve shooters. Ook zit er een connectorbehuizing in het pakket, welke ervoor zorgt dat je de kabel niet per ongeluk los trekt uit je controller als je een onverwachte zwaai maakt met je DualSense.
Ontwerp
Op het eerste oog lijkt de controller op de originele witte en zwarte DualSense, maar het kent toch een aantal belangrijke verschillen.
Zo is de Edge slechts een fractie zwaarder, 325 gram in plaats van 280 gram, maar voelt deze een stuk steviger en beter gebouwd aan. De oppervlakte van bijvoorbeeld de triggers zijn met rubber bekleed in plaats van met getextureerd plastic, voor een veel betere, stevigere grip. Het touchpanel aan de bovenkant is niet anders dan het origineel, maar Sony heeft wel op een stijlvolle manier de PlayStation-pictogrammen als een patroon erin verwerkt. De Edge is net wat breder dan de standaard DualSense, en dit kan wel wat problemen opleveren met third-party charge docks. Gelukkig heeft Sony wel rekening gehouden met hun officiele oplaadstation, want de Edge past hier perfect op.
De voorkant van de controller heeft een verwijderbaar frontplaatje, welke door een kleine knop op de achterkant te ontgrendelen is. Hiermee kun je bij de verwijderbare stickmodules komen. Het is met de Edge dus mogelijk om je thumbsticks op een makkelijke manier volledig te verwijderen en deze te vervangen door nieuwe. Een handige oplossing voor het stickdrift probleem waar DualSense controllers mee te maken hebben. Losse thumbstick modules kun je kopen voor ongeveer vijfentwintig euro, en hierdoor hoef je niet snel meer een compleet nieuwe controller te kopen.
De andere grote verschillen die je zult opmerken (behalve de kleur van de d-pad en de actieknoppen) zijn twee functieknoppen (FN) aan de onderkant van de thumbsticks. Door deze ingedrukt te houden kun je schakelen tussen bijvoorbeeld je ingestelde profielen en kun je het geluidsniveau van je headset aanpassen.
Het is ook mogelijk om de triggergevoeligheid aan te passen. Aan de achterkant van de controller vind je namelijk een schuifregelaar welke drie standen kent. Je via de schuif je triggers laten zoals normaal, of beperken hoe ver je deze moet indrukken voor een gewenste reactie. Dit is vooral handig voor een FPS, zoals Modern Warfare, en stelt je in staat om simpelweg op een trigger te tikken om al gelijk een schot af te vuren. Het is natuurlijk ook maar net wat je eigen voorkeur is, de een prefereert squishy-triggers terwijl een ander juist zo responsief mogelijk wil schieten.
Kenmerken
Misschien is de beste functie van de DualSense Edge niet op de controller zelf te vinden, maar is het de optie om je eigen profielen in te stellen. Op je PlayStation 5 kun je vier verschillende profielen aanmaken die op systeemniveau werken en waartussen je tijdens een game gemakkelijk kunt switchen via de FN-toets.
Wanneer je de Edge voor het eerst instelt, leidt de PlayStation 5 je door enkele van de beschikbare functies en biedt het de mogelijkheid om aangepaste profielen toe te wijzen. De standaardinstelling is precies hetzelfde als een standaard DualSense, maar je kunt een aantal dingen aanpassen om meer uit bepaalde games te halen. Zo is het mogelijk om de buttonlayout helemaal naar je eigen smaak aan te passen, inclusief de backpaddles en het touchpanel. Je kunt ook de stickgevoeligheid en deadzone van elke thumbstick afzonderlijk wijzigen. Trigger deadzones kunnen ook worden gewijzigd, terwijl de intensiteit van de vibratie en het triggereffect kunnen worden aangepast.
Elk profiel kan vervolgens worden toegewezen aan een actieknop in combinatie met de FN-knop welke je dan te allen tijde kunt selecteren, ongeacht of je in een spel zit of niet. Of casual gamers veel verschil zullen merken tussen de verschillende configuraties is de vraag, maar doordat je veel efficiënter met je knoppen omgaat werkt dit wel in je voordeel met bepaalde games.
Prestaties en batterij
Hoewel ik aardig tevreden ben over de features en prestaties van de Edge, had ik graag gezien dat de d-pad ook te verwisselen was en dat ik twee extra paddles kon gebruiken (net zoals met de Xbox Elite Controller). Dit omdat de d-pad al snel sponziger wordt na slechts een paar games gespeeld te hebben en deze zeker niet beter zijn dan de standaard d-pad op de DualSense. Het algehele gevoel tijdens het spelen is echter erg comfortabel en doordat de controller wat zwaarder is voelt het ook erg robuust aan. Je merkt wel dat je een exclusievere controller in je handen hebt.
Een ander minpuntje is de levensduur van de batterij. Sony gaf al aan dat de Edge een kortere batterijduur heeft dan de normale DualSense. Dit zou komen door de extra functies, alsof de DualSense Edge meer interne processen gebruikt en daardoor de batterijduur verkort. Na een dagje spelen (ongeveer zes uur) moest ik de controller ook volledig opladen. Natuurlijk hangt het van het soort spel af hoeveel uur je er mee speelt, maar ik vond dat hij tijdens het spelen van onder andere Overwatch 2 en Forspoken, bijna de helft korter meeging dan de normale DualSense. Nog een reden om de meegeleverde USB-kabel toch wat vaker te gebruiken.
Conclusie
Sony’s DualSense Edge is een prijzige uitbreiding van je PS5-hardware, maar het weet de kosten op een aantal belangrijke gebieden toch te rechtvaardigen.
De Edge voelt steviger aan, de aanpasbare profielen zijn geweldig, de backpaddles zijn een goede toevoeging en het feit dat je de thumbsticks volledig kunt vervangen, betekent dat je er ongetwijfeld langer plezier van zult hebben. Hoewel de Edge niet zozeer voor een casualgamer is bedoeld, kunnen competitieve gamers aardig wat voordelen behalen met hun favoriete games dankzij de meegeleverde achterste backpaddles en de volledig aanpasbare instellingen.
Hoewel dit allemaal erg positief klinkt, wil ik niet zeggen dat er geen tekortkomingen zijn. De levensduur van de batterij is wel erg kort, en Sony had meer customizable zaken kunnen toevoegen, zoals een verwisselbare d-pad en twee extra backpaddles. De controller van concurrent Microsoft bezit deze features wel, en is daarnaast 70 euro goedkoper. De Edge is dan ook echt een nicheproduct, welke een enorme aanslag voor je portemonnee is. Maar toch, als je het niet erg vindt om bijna net zoveel uit te geven aan een controller als aan een Xbox Series S, dan zal je niet teleurgesteld zijn in dit kekke stukje hardware.
Bron: Rowdy Oomen / StarGamers